Fiche

L'aide informelle aux personnes âgées dépendantes
Artikel
Algemene annotatie: Fanny Filosof
De auteur opent haar artikel met de toegave dat de problemen 'ouder worden' en 'informele zorg voor ouderen' tot nu toe weinig in de feministische aandacht hebben gestaan, maar dat onder invloed van de demografische evolutie en vanuit het feit dat de feministen zelf ook minder en minder jong zijn, hierin toch enige verandering komt. De auteur doet verder een aantal vaststellingen : informele ouderenzorg rust voor 80 percent op vrouwelijke schouders; anderzijds wordt deze informele zorg meer besteed aan mannen dan aan vrouwen, en dat terwijl toch 2/3 van alle ouderen vrouwen zijn; indien de informele hulp door een man wordt geleverd, ondervindt deze meer steun van zijn omgeving dan zijn vrouwelijke collega en zij rondt deze constataties af met de vraag of vrouwen misschien biologisch voorbeschikt zijn tot het verlenen van informele hulp. Nochtans is, aldus de auteur, de sociale stress die de informele zorg meebrengt voor het gezin een reëel gegeven. De auteur besluit haar artikel met de maning of het niet hoogtijd is dat vrouwen afleren om affectieve gevoelens te verwarren met materiële zorg en pleit voor een betere uitbouw van formele hulpverleningskanalen ( t.o.v. minder gezondheidskosten voor de informele helpsters, verlaging van werkloosheid van gekwalificeerde helpers) vanuit de overtuiging dat ontlasting van informele zorg de affectieve intergenerationele relaties ten goede zal komen.
Chronique féministe, vol. 49=sept./oct. 1993 p. 19- 23

Onderwerp

Bibliotheekcollectie - 01.3/93/727_FR

Volume/Deel Exemplaar Leenstatus Datum tot
- 01.3/93/727_FR Niet uitleenbaar -