Résumé
Dit artikel worstelt met de vraag in welke mate 'het vertoog over het moderne meisje' terug te vinden is in de Nederlandse jeugdliteratuur van de laatste vijfentwintig jaar en - in het verlengde hiervan - of meisjesliteratuur nog wel bestaansrecht heeft. Zijn er misschien parallellen aan te duiden met vrouwenliteratuur ? Om deze vragen te kunnen beantwoorden worden in het eerste deel van het artikel de grenzen van het genre verkend. Het tweede deel bevat een analyse van een vijftal werken van Veronica Hazelhoff als casus van hedendaagse meisjesliteratuur.